Ruim een derde van IT-beslissers wil overstap maken naar Europees cloudplatform

Meer dan een derde van de IT-beslissers (35%) overweegt serieus om over te stappen op een Europees cloudplatform als dat volledig is opgezet. De meerderheid van de respondenten (62%) heeft er vertrouwen in dat data veilig en volgens de Europese richtlijnen worden verwerkt. Bijna één derde van de respondenten (29%) is van mening dat een Europees cloudplatform niet betrouwbaarder is dan een platform van een niet-Europese leverancier. Slechts een klein deel van de respondenten is bezorgd dat hun bedrijf momenteel gebruik maakt van een cloudprovider in Amerika (10%) of Azië (8%). Dit blijkt uit onderzoek van datacenter BIT. Voor het onderzoek werden meer dan duizend IT-beslissers ondervraagd over beheer, opslag en beveiliging van data.

Ontwikkelingen Europese cloud

Een kwart van de respondenten (26%) is geïnteresseerd in en nieuwsgierig naar de voordelen, de vorderingen en, na verloop van tijd, de eerste gebruikerservaringen van een Europees cloudplatform. Een groep van vergelijkbare grootte (24%) houdt de ontwikkelingen in de gaten omdat zij een Europese cloud in hun eigen bedrijf zouden willen gebruiken. Vier op de tien IT-beslissers (41%) zeggen niet op de hoogte te zijn van de voordelen van een Europees cloudplatform ten opzichte van andere aanbieders.

Alex Bik, CTO bij BIT: “Europa heeft andere wet- en regelgeving met betrekking tot gegevensopslag en -verwerking dan bijvoorbeeld Amerika of Azië. Voor Europese bedrijven is een Europees cloudplatform dan ook een veiliger alternatief; je kan er dan op vertrouwen dat je gegevens niet terechtkomen in de handen van techreuzen als Google of Amazon. Veel bedrijven zijn zich niet bewust dat er aanzienlijke verschillen zijn tussen de cloud in bijvoorbeeld de Verenigde Staten en de cloud in Europa. Het feit dat er weinig bedenkingen zijn bij de opslag van data bij niet-Europese cloudproviders, bewijst dit. Het wordt tijd dat IT-beslissers hun kennis rondom dataveiligheid en -privacy eens flink gaan bijspijkeren. Het gaat tenslotte om de (persoonlijke) gegevens van burgers; veel IT-beslissers hebben geen idee waar die worden opgeslagen.”