TomTom ONE

Wie een jaar geleden een gentegreerd navigatieproduct wilde aanschaffen kon bij TomTom terecht voor de GO, inmiddels ook wel GO Classic genoemd. Daar moest hij echter wel een flinke zak geld voor meenemen, want de GO ging voor een forse 671 euro (excl. BTW) over de toonbank. Het afgelopen jaar zijn de prijzen tot frustratie van de beleggers in aandelen TomTom echter flink gedaald, vooral door toenemende concurrentie. Aangetrokken door het succes van TomTom betreden nieuwkomers de lucratieve markt en proberen oudgedienden door aantrekkelijk geprijsde producten op de markt te zetten marktaandeel van TomTom af te snoepen. TomTom reageert met de ONE: een compleet navigatieproduct voor 400 euro. Dat is 100 euro minder dan de GO 300. Maar waar concurrenten als Navman en Garmin hun goedkopere versies flink hebben uitgekleed, biedt de ONE exact dezelfde functionaliteit als de goedkoopste GO. Het touchscreen is even groot, de software is gelijk en ook een Bluetooth-chip zit in het kastje, zodat je via een mobiele telefoon gebruik kunt maken van de optionele PLUS-diensten als verkeersinformatie, flitslocaties en alternatieve stemmen.

Grote broer
De ONE presteert op een aantal vlakken zelfs beter dan zijn grotere broer. De processor is bijna twee keer zo snel (400 om 280 MHz) en de ingebouwde GPS-ontvanger is gevoeliger. Vooral die snelle processor maakt de ONE een feest om mee te werken. In- en uitzoomen verloopt vloeiend, net als het zweven over de weg en het doorlopen van de menustructuur. Een nog groter voordeel van de ONE is het formaat: 50 gram lichter, 5 mm minder breed, 3 mm minder hoog en vooral 24 mm minder diep, waardoor de ONE makkelijk in een binnenzak past. Het ontwerp heeft echter minder smoel dan de GOs, die je met verwisselbare covers een hip kleurtje kan geven.

De kwaliteit van het geluid is wat minder dan bij de GO-familie, maar zeker niet opvallend of hinderlijk. Het geluidsniveau is zelfs uitstekend. Handig is de mogelijk het geluidsniveau te koppelen aan de snelheid.

GO versus ONE
De GO 500 (545 euro excl. BTW) biedt de hoofdwegen van Europa, Assisted Satellite Navigation (tijdelijk navigeren zonder GPS-signaal, bijvoorbeeld in tunnels) en ondersteunt handsfree bellen via Bluetooth. De GO 700 (671 euro) biedt daar bovenop alle wegen van Europa op een harde schijf en een afstandbediening. En de GO 300 (419 euro), wat heeft dit kastje meer te bieden dan de ONE? En is het prijsverschil dat waard? Het antwoord op de eerste vraag: bitter weinig. De capaciteit van de batterij is dan wel veel groter (5 uur tegen 2 uur zonder opladen volgens TomTom), maar die capaciteit komt alleen van pas als je te voet of op de fiets bent. In de auto sluit je het kastje gewoon aan op de oplader. Verder heeft de GO 300 alleen een schermdoekje en een draagtasje extra in de doos zitten. Het antwoord op de tweede vraag is dus: nee. Het zal ons niet verbazen als de ONE een veelvraat marktaandeel GO 300 blijkt en zijn grote broer in een paar happen totaal verorbert.

Redelijk geprijsd versus goedkoop
TomTom heeft met de ONE (adviesprijs 332 euro) zeker niet het goedkoopste gentegreerde navigatiekastje op de markt. De in Winmag nummer 5 geteste Acer d100 en Navman iCN 320 zijn met 316 en 276 euro (excl. BTW) goedkoper. Ze kunnen echter bij lange na niet tippen aan de ONE. In de test in nummer 5 kregen ze slechts 3,5 en 3 sterren. Ook de Garmin StreetPilot i3 heeft een vriendelijker prijsje: 290 euro. Maar het ontbreken van een touchscreen doet het ergste vermoeden voor de gebruiksvriendelijkheid, bovendien is het display een stuk kleiner. De ONE is zijn meerprijs zeker waard.

Conclusie
TomTom heeft met de ONE een zeer aantrekkelijk product op de markt gezet. Zeer gebruiksvriendelijk en uitstekende navigatiekwaliteiten. De frase voor de beginnende navigatiegebruikers klopt, maar doet gezien de uitgebreide mogelijkheden absoluut geen recht aan het apparaat.