Nederlandse datacenters vrezen op korte termijn stroomtekort

Door acute capaciteitsproblemen in onze stroominfrastructuur stevent de Nederlandse economie af op een groot probleem. De datacenters hebben straks een tekort aan stroom en dat zet een rem op de groei van de Nederlandse economie. 

Digitale economie

De nood is op dit moment het hoogst in de regio Amsterdam. Uitbreiding van het stroomnetwerk is op verschillende plaatsen niet meer mogelijk. Het succes van onze digitale economie en internationale concurrentiepositie hangen samen met de aanwezig van een infrastructuur die voldoende energie kan leveren. Om dit voor elkaar te krijgen, zijn niet alleen grote investeringen maar is ook een integraal actieplan vereist.

Datacenters verbruiken veel elektriciteit en de Dutch Data Center Association (DDA) heeft over het een dreigende stroomtekort een brandbrief naar minister Wiebes van Economische Zaken en Klimaat gestuurd.

Cloudaanbieders

Zowel consumenten als bedrijven maken intensief gebruik van clouddiensten. Als deze cloudaanbieders maken gebruik van datacenters, van waaruit ze hun dienstverlening verzorgen. Als datacenters straks over onvoldoende stroom beschikken, kan de online dienstverlening in gevaar komen.

Directeur Stijn Grove van de DDA:  ‘Er moet noodplan komen voor dit probleem. De positie van Nederland als digitale koploper komt in gevaar. Op Schiphol-Rijk is de stroom de komende vier jaar al op en in Amsterdam Zuidoost en op het Science Park is het al bijna zover.’ Op deze drie locaties staan veel datacenters bij elkaar. 

Stroomvoorziening

Datacenters met een goede infrastructuur voor de stroomvoorziening trekken veel andere bedrijven aan en dat stimuleert onze economie. Wat betreft buitenlandse investeringen zijn de datacenter- en cloudsector de grootste industrie en dit zorgt ook voor veel werkgelegenheid.  

Stijn Grove is van mening dat gezien de acute situatie en de verwachte groei van het stroomverbruik actie nodig is. ‘Zorg dat er extra middelen beschikbaar komen voor noodzakelijke uitbreidingen, los weeffouten in de wetgeving op, verkort vergunningstrajecten, zet groot in op het opleiden en aantrekken van voldoende technisch personeel en doe dit alles snel. Zonder nu te beginnen met het aanleggen van voldoende infrastructuur blijven we namelijk nog lang afhankelijk van (Gronings) aardgas, steenkolen en benzine – dat lijkt ons geen goede zaak voor Nederland.’