Aanleg glasvezel op platteland in gevaar
![](https://www.winmagpro.nl/sites/default/files/styles/article-image/public/7822300762_b43f3318b1_k.jpg?itok=LuZ8csDQ)
Buiten de bebouwde kom
Nederland staat bekend om zijn snelle internet. Het 4G-netwerk is amper aangelegd, of er zijn alweer proeven voor de opvolger 5G in Groningen. Toch blijkt internet op veel plekken in Nederland nog erg stroperig. Volgens het Financieel Dagblad wachten 300.000 huishoudens, buiten de bebouwde kom, op sneller internet. Een snelheid van 30 megabit per seconden zou daarbij het minimum moeten zijn
Een van die mensen is apotheker Albert Drouven uit Putten. Hij is sterk afhankelijk van zijn regionale internetverbinding van een bedroevende 9 megabit per seconde. Tegen het Financieel Dagblad: 'Mijn vrouw en ik kunnen niet tegelijk op internet, want dat trekt de lijn niet.' Andere voorbeelden zijn boeren met melkrobots of artsen die op afstand zorg verlenen. Voor die groepen is het straks onmogelijk hun werk goed te doen.
Hoge kosten en veel vergunningen
Niet de overheid, maar telecombedrijven zijn verantwoordelijk voor de aanleg van een dergelijk netwerk. Die hebben het platteland overgeslagen omdat de afstanden die glasvezelverbindingen moeten afleggen te groot is. Ook moet het netwerk onder bomen, beekjes en spoorlijnen door. Dat is erg duur en vereist de nodige vergunningen.
Anderhalf jaar geleden maakte het Communication Infrastructure Fund (CIF) van de Rabobank bekend te investeren in snel internet in de buitengebieden. Via pensioenfondsen als ABP en PGGM trok het geld aan voor de investeringen in de infrastructuur. Toen bleek dat de eerste aansluiting in Twente 'onvoldoende redement' opleverde, besloot het zich terug te trekken. Dit tot grote teleurstelling van 137 glasvezelcooperaties, die voortkomen uit burgerinitiatieven.
Wat het nieuws van de Rabobank uiteindelijk betekent, wordt eind februari bekend. Wel is duidelijk dat internet tegenwoordig bijna als primaire levensbehoefte kan worden gezien. De Verenigde Naties verklaarde al in 2011 dat internettoegang onderdeel is van de mensenrechten.