Nederlandse werkgever beseft belang digitale vaardigheden op de werkvloer niet
Volgens de onderzoekers Dr. Ing. Alexander van Deursen en Prof. Dr. Jan van Dijk zijn de uitkomsten zorgelijk vanwege de omvang en omdat blijkt dat ICT-competenties in organisaties vaak een ondergeschikte rol spelen. Digivaardig & Digiveilig voorzitter Tineke Netelenbos: 'Het is naïef om aan te nemen dat de ICT-competenties van sollicitanten en werknemers op orde zijn. Managers die zich daarvan bewust zijn, kunnen flinke productiviteitswinst boeken.” De onderzoekers pleiten voor meer aandacht voor ICT-competenties op de werkvloer, gestructureerde ICT-trainingen en scholing, onder andere door betere aansluiting te zoeken met de vooropleiding, het toetsten van ICT-competenties bij het werven van nieuw personeel en het blijven monitoren en bijsturen waar nodig.
Alexander van Deursen: 'Het eerste en tegelijk ontstellende resultaat van dit onderzoek, onder zowel managers als personeel, is dat veel leidinggevenden nog steeds onvoldoende zicht hebben op het niveau van ICT-vaardigheden van het personeel. Er is onvoldoende monitoring, vaak wordt verondersteld dat de bestaande ICT-competenties voldoende zijn. In de praktijk blijkt dit niet altijd zo te zijn waardoor werknemers in de problemen komen en hun werk niet goed kunnen doen. Formele hulpmiddelen als trainingen kunnen uitkomst bieden maar worden te weinig ingezet, dat is echt een gemiste kans.'
In maart 2012 presenteerden de onderzoekers al een rapport waaruit bleek dat de Nederlandse werknemer dagelijks 8% van zijn werktijd aan ICT-problemen en gebrekkige digitale vaardigheden besteedt. Laagopgeleiden verliezen tot wel 10% van hun werktijd op een PC. Leidinggevenden waren zich onvoldoende bewust van het productiviteitsverlies. Nu, bijna 2 jaar later, is dit bewustzijn nog altijd onvoldoende.
ICT-competenties niet urgent genoeg
Ruim een derde van de managers weet niet welke ICT-competenties nodig zijn in bepaalde functies. De managers nemen onterecht aan dat werknemers over deze vaardigheden beschikken. Van Deursen: 'De samenleving wordt steeds digitaler waardoor ook op de werkvloer hogere eisen worden gesteld aan ICT-competenties van medewerkers. Managers moeten zich bewust worden van het belang van deze competenties en tot inzicht komen welke competenties er per functie nodig zijn en wat het competentieniveau van de werknemer is. Zo kunnen zij beter bepalen waar verbetering nodig is.'
Collega meest favoriete ‘hulpbron’
Voor een kwart van de Nederlandse werknemers is geen hulp beschikbaar bij ICT-problemen. Drie kwart roept bij ICT-problemen de hulp van een collega of de helpdesk in. Hulp vragen aan een collega is vaak sneller maar hiermee wordt ook de collega van zijn eigen werk gehouden en hierdoor gaat extra productiviteit verloren.
Trainingen onbelangrijk of geen tijd voor
Hulpmiddelen zoals trainingen om ICT-competenties te verbeteren, blijven onderbenut. Het bedrijf promoot deze trainingen niet, er is tijdsgebrek of men vindt het trainen van ICT competenties niet belangrijk genoeg. Bijna de helft van het personeel neemt zelf geen initiatief in het volgen van trainingen. Oudere werknemers zien trainingen vaak als een verplichting. Van Deursen: 'Verschillende groepen zouden veel baat kunnen hebben bij trainingen. Een van de ondervraagde managers uit de zorg- en bouwsector verbaasde zich erover dat het gebruik van Office een hele opgave voor jongere werknemers is terwijl ze met hun ogen dicht hun telefoon bedienen of Whatsapp berichten sturen.'
Te weinig aandacht voor ICT competenties bij werving en selectie
Uit de interviews die Van Deursen afnam bij managers in de sectoren Creatieve Industrie, High Tech Systemen en Materialen (HTSM), Logistiek, Zorg, Bouw en Overheid, blijkt dat ICT-competenties bij sollicitaties weinig aandacht krijgen. Bij de leidinggevenden die bij de werving geen rekening houden met ICT-competenties vindt een grote meerderheid dit niet nodig. Ze gaan er automatisch vanuit dat potentiele kandidaten de basis wel beheersen. Wanneer er wel rekening wordt gehouden met ICT-competenties, dan gebeurt dit door te vragen naar de beheersing van deze vaardigheden. Toetsing gebeurt zelden tot nooit. Van Deursen: 'Opvallend is dat naarmate iemand ouder is of lager opgeleid, de kans groter wordt dat er bij de sollicitatie geen rekening is gehouden met ICT-competenties. Terwijl juist deze groepen de grootste kans hebben op ‘gebreken’ die vóór aanvang van de functie aangepakt moeten worden.'
Betere aansluiting onderwijs en praktijk
Zelfstudie en leren van collega’s worden als belangrijkste bronnen genoemd voor het verkrijgen van ICT-competenties. Slechts een derde van de starters vindt hun vooropleiding aansluiten bij hun huidige functie. 33 procent van de managers geeft aan dat zij het moeilijk vindt om mensen met de juiste ICT-competenties te vinden. De resultaten geven aanleiding om de afstemming tussen onderwijs en bedrijfsleven kritisch te evalueren wanneer het gaat over ICT-competenties. Dit geldt eens te meer voor ICT-professionals. Slechts de helft van de managers is bekend met competentiestandaarden, een nog kleiner aantal gebruikt dit in de eigen organisatie of in een specifiek opleidingsplan.